Niets is voor eeuwig

Nike wordt vanaf 2027 de nieuwe ‘kit supplier’ van de Duitse voetbalbond DFB en neemt de plaats in van adidas. De relatie met adidas bestaat meer dan 75 jaar. Grote paniek in Duitsland. Het aanstaande afscheid leidde tot vragen in de Duitse politiek. Robert Habeck, minister van Economische Zaken noemde het “een gebrek aan patriottisme”. Gezondheidsminister Karl Lauterbach reageerde furieus: “Ik denk dat het een verkeerde beslissing is als de commercie een traditie en een stukje thuis vernietigt…” 

Volgens de DFB had Nike verreweg het beste voorstel. Het zou om een jaarlijkse fee van € 100 miljoen gaan. Het lange huwelijk tussen de DFB en adidas komt tot een einde. Een huwelijk met een prachtige geschiedenis vol verhalen, zoals het winnen van het WK 1954 dankzij de toen revolutionaire schroefnoppen op de adidas voetbalschoenen.

Een huwelijk waarvan je denkt dat het nooit stuk kan gaan, gaat toch kapot. De partner wordt aan de kant gezet en ingeruild voor een jongere versie. Het zet je aan het denken. Welke ondenkbare scheidingen staan ons nog meer te wachten?

Wie de docu serie ‘The Last Dance’ en de geweldige film ‘Air’ heeft gezien, weet dat Michael Jordan een grote voorliefde had voor adidas. Jordan koos uiteindelijk toch voor Nike en dat maakte hem miljardair. Moet je voorstellen dat hij alsnog zou overstappen naar het merk met de drie strepen… Ondenkbaar? Roger Federer ging hem voor. Na 24 intense jaren swoosh koos hij voor het grotere geld van Uniqlo.

Sommige mensen noemen de verbintenis tussen de Philips en de Philips Sport Vereniging een sponsorship, maar het is veel meer dan dat. Het begon als een initiatief van Philips om werknemers de mogelijkheid te geven om te kunnen sporten in een door Philips opgezette woonwijk. De voetbaltak werd in 1913 opgericht. Stel je voor dat PSV besluit te stoppen met Philips en zich vervolgens laat sponsoren door Sony of Siemens of een Chinese concurrent? Onmogelijk? Ik hoop het wel. Maar als Philips alle financiële verbintenissen verbreekt, komt er een dag waarvan je wist dat die zou komen.

Jordan ontwikkelt adidas Luft. Philips Sport Vereniging wordt herdoopt tot Sony Football Club. ABN AMRO Open wordt Adyen Open. Amstel Gold Race wordt Bavaria 0.0 Classic. Amsterdam 777 jaar mede mogelijk gemaakt door Budweiser. Albert Heijn op de helm van Max. Is het een kwestie van tijd?

Ongetwijfeld had Nike een veel betere aanbieding dan adidas, zowel financieel en inhoudelijk. Het is voor de DFB een lastige beslissing geweest, dat kan niet anders. Op basis van historie of sentiment kun je niet een organisatie runnen. Niets is voor eeuwig, zeker niet in sponsoring. Ook huwelijken die onverbrekelijk lijken, kunnen stuk. In sommige gevallen komen de partners er nog beter uit ook. Als ik adidas was, zou ik eens goed om me heen kijken.

Deze column is gepubliceerd op Sponsorreport.nl, 4 april 2024.

Over schoenen

De sportschoenenindustrie is een fascinerende wereld waar twee grote spelers de dienst uitmaken en andere partijen van verschillend formaat hun eigen plek innemen.

Mondiale spelers Nike en adidas zijn geraakt door Covid-19: door het sluiten van winkels én door het stilleggen van de productie in China. Toch zijn de resultaten van vorig jaar bijna geëvenaard: de enorme groei van online-sales maakte bijna alles goed.

Ook andere merken hadden last van corona. Under Armour staat onder druk en stootte verschillende grote sponsorcontracten af. Reebok heeft het al jaren zwaar. Het werd in 2006 voor $ 3,8 miljard gekocht door adidas en staat al enige tijd in de verkoop, volgens analisten voor een bedrag van $ 2,4 miljard.

Een merk dat tegen de trend ingaat is Puma. Zij investeren volop in productontwikkeling en marketing. In de Verenigde Staten met name in de NBA als sport- en lifestyle platform. Puma werkt samen met Roc Nation, het sportmarketing bureau van rapper Jay-Z die is aangesteld als creative director. In Europa ligt de focus op voetbal met Neymar Jr. als nieuw uithangbord. De samenwerking van de Braziliaan met Nike werd twee jaar voor de afloop van het contract beëindigd. Het sportmerk wilde hier vanaf, waarom is niet duidelijk.

Roger Federer nam zelf afscheid van Nike. Zwitsers schoenenmerk On lijfde de tennisser in als aandeelhouder, ervaringsdeskundige en ambassadeur.

In het voetbal richten Nike en adidas zich op de grote clubs en spelers en zijn er partnerships met nationale voetbalfederaties. Spelers zijn belangrijk als ambassadeur, ook vanwege het bereik dat ze hebben via hun eigen digitale kanalen.

De sponsorvergoedingen voor de top van het Europese voetbal gaan nog steeds omhoog en er wordt veel aandacht besteed aan design en merchandising. Clubs en bonden die niet tot de top behoren, krijgen steeds minder: wat gratis kleding, korting op inkoop en kick-backs op verkochte merchandising. DHet grote geld gaat naar de grootste/rijkste clubs, het is een herkenbaar beeld voor ieder commercieel segment in het voetbal.

Een interessant onderdeel van de sportschoenenmarkt is die van de sneakers. Gympies is geen goede benaming meer voor deze lifestyle producten. De wereldwijde omzet in deze markt is $ 100 miljard per jaar, waarvan $ 6 miljard in ‘vintage’ (gebruikte) schoenen.

Sites als GOAT.com en StockX.com hebben zich hierin gespecialiseerd. GOAT trok onlangs extra investeringskapitaal aan om de verdere groei te stimuleren. Op verkoopplatform eBay wordt iedere dag 500.000 paar sneakers aangeboden en iedere anderhalve seconde een paar sneakers verkocht. Prijzen van bijzondere exclusieve modellen met een verhaal lopen op tot tienduizenden dollars. GOAT en eBay bieden een speciale service die de echtheid van de aangeboden schoenen garandeert.

De sneakers-markt zal zich in de komende jaren exponentieel blijven ontwikkelen, onder meer doordat merken steeds meer (tijdelijke) allianties zullen aangaan met artiesten, atleten, mode-ontwerpers en merken. Zoals adidas en Lego, Under Armour en Steph Curry en Nike en Drake.

In BNR Zakendoen  #sporteconomie ging het op 2 december 2020 over schoenen. De podcast van de uitzending met vragen van Thomas van Zijl kun je hier terugluisteren.

Over sport en activisme

De boodschap van de antiracisme protesten wordt overgenomen door de sportwereld. Atleten, sportorganisaties en sponsors spreken zich uit tegen racisme en ongelijkheid. Dat is belangrijk, omdat bekende sporters een rolmodel zijn en heel veel mensen inspireren en tot denken aanzetten.

Er is een enorme geschiedenis van sporters die de aandacht vestigen op sociaal-maatschappelijke issues zoals Tommie Smith en John Carlos tijdens de medaille-ceremonie van 200 meter van de Olympische Spelen in 1968. Het was een Black Lives Matter-statement avant la lettre. De beide mannen werden verbannen uit het Olympisch dorp. Ook nu nog is het IOC tegenstander van het uiten van politieke statements tijdens de Spelen. Sportorganisaties zoals de Bundesliga en de Premier League gaan hier veel sensitiever mee om.

Dat geldt ook voor de NFL. In 2016 reageerde de sportorganisatie meedogenloos op het statement dat Colin Kaepernick en twee andere sporters maakten. Kaepernick kreeg geen contract meer en was sindsdien clubloos. Nike ontfermde zich over hem, Kaepernick werd in 2018 het gezicht van de Nike Just Do It!-campagne. Het is mooi om te zien dat knielen nu een herkenbaar en veelgebruikt gebaar is geworden om je betrokkenheid tot uiting te brengen.

Een merk is een verzameling van associaties en beelden in hoofden van mensen. Als een merk een opvatting heeft en stelling neemt, versterkt dat het merkbeeld. Het kan ook betekenen dat groepen mensen zich van je vervreemden en zich van je afwenden. In het geval van Nike leverde de Kaepernick-campagne niet alleen enorm veel exposure en een stijging van de beurswaarde op (na een aanvankelijke dip van een dag), maar ook meer loyale ‘fans’ en een enorme stijging van de verkoop van producten.

Dat inzichten en opvattingen veranderen, laat bijvoorbeeld Michael Jordan zien, die zich 25 jaar geleden verre hield van politieke uitspraken of stellingname met als motto “Republicans buy sneakers too”. Ook Jordan neemt nu stelling en doneerde $ 100 miljoen dollar voor verschillende NGO’s.

Nike kwam vorige week met een krachtige antiracisme campagne met een 1-minuut durende social media-post. Concurrent adidas likete de campagne met als onderliggende boodschap: alleen samen kunnen we dit veranderen. Ik vind het een krachtig signaal als een grote speler zijn allergrootste concurrent durft te volgen. Dan laat je zien dat er grotere zaken in het leven zijn dan jijzelf, zaken die alle aandacht verdienen.

Als je je uitspreekt, schept dat verplichtingen. Merken die een activistische houding aannemen, zoals bijvoorbeeld Unilever, Ben & Jerry’s, Dove, Patagonia en Nike, weten dat. Het betekent dat je je kwetsbaar moet kunnen opstellen en erkennen dat jezelf ook (nog) niet alles op orde hebt. Dan moet je handelen, want iedereen zal je houden aan de waarden die jezelf als norm hebt gesteld.

Op 10 juni 2020 ging het Sport & economie-item van BNR Zakendoen over sport en activisme. De uitzending onder leiding van Thomas van Zijl met als Zakenpartner Marry de Gaay Fortman is terug te luisteren via deze link.

Mooiste sport creatie ooit

Het vakblad Creatie vroeg een aantal vakgenoten hun mooiste sport creatie te kiezen (‘Waarom is dit de beste/fraaiste sport-uiting ooit?’) en te benoemen waarom sport zich zo goed voor creatie leent en veel creatieven watertanden bij sport als content.

Mijn antwoord luidde als volgt:

“Mijn huidige all time favoriete sport creatie komt uit Amsterdam. Het is de Ali vs. Ali commercial van 180 voor adidas. Het is een eerbetoon aan de grootste sporter van de 20ste eeuw, het is een aanmoediging voor iedere sporter en vrouwen in het bijzonder om het maximale uit je zelf te halen en het is een treffende verbeelding van het thema Impossible Is Nothing. De executie is waanzinnig goed gedaan, tot in het kleinste detail voorbereid en uitgevoerd (lees maar eens hier). Waarom sport zich zo goed leent voor commercials? Omdat het je (= de vele mensen die van sport houden) raakt. Instant kippenvel.”

adidas sluit megadeal met Manchester United

Het tienjarige sponsorcontract tussen Adidas en Manchester United voor een minimaal gegarandeerd bedrag van € 94 miljoen per jaar kreeg veel aandacht in de media, o.a. bij De Ochtend op Radio 1 en in RTLZ.

RTLZ 150714

Het interview voor De Ochtend is hier te beluisteren, het interview voor RTLZ is hier te volgen.

Op sympathie kan geldmachine FIFA niet draaien

26 juni 2010 | Het Financieele Dagblad

Ivo Bökkerink en Jeroen Segenhout

De botsing met de Fifa tijdens het WK voetbal in Zuid-Afrika leverde Bavaria veel publiciteit op, maar de bierbrouwer komt er de komende twaalf jaar niet meer in bij de voetbalbond. Hoe Fifa-voorzitter Sepp Blatter zijn geldmachine koste wat het kost beschermt.

Voor een man over wie al bijna tien jaar wordt gezegd dat hij zijn uiterste houdbaarheidsdatum heeft overschreden als Fifa-voorzitter weert Sepp Blatter zich kranig. Tot ten minste volgend jaar zit de 74-jarige Zwitser stevig in het zadel. Dan is zowel de derde ambtstermijn van Blatter als het huidige vierjarenplan van de Fifa afgelopen. Vier jaar waarin de bond zich heeft verzekerd van een bijna onaantastbare financiële positie. Met een eigen vermogen van $1 mrd en $1,5 mrd aan cash is hij nu kerngezond.

De huidige financiële gezondheid staat in schril contrast met de eerste ambtstermijn van Blatter. Toen zat er door tegenvallers een fors gat in de begroting. Dat kwam vooral door het gelijktijdig failliet gaan van de marketing- en televisiepartner van de Fifa, vlak voor het WK in Zuid-Korea en Japan.

Na het ‘rampjaar’ 2002 is de Fifa minder geheimzinnig geworden over zijn financiën. Jaarlijks presenteert de organisatie nu een jaarverslag en ook de begroting is openbaar. ‘De Fifa is transparanter dan menig professionele voetbalclub in Nederland’, zegt sporteconoom Ruud Koning van de Rijksuniversiteit Groningen.

Niet helemaal duidelijk is echter waar al het geld naartoe gaat. Koning: ‘Grotere sportbonden zouden meer van de winst van de Fifa kunnen claimen. Maar zij willen waarschijnlijk geen ruzie maken over geld, omdat zij ook wel weer een WK willen organiseren.’

Het dubbelfaillissement van haar partners in 2002 heeft de Fifa gevormd tot wat ze nu is: een geldmachine die haar eigen toekomst wil bepalen. Die graag hamert op de goede werken die het doet voor het wereldwijde voetbal, maar die ook gewantrouwd wordt door het grote publiek.

Na het faillissement van marketingpartner ISL heeft Blatter volgens sportmarketingdeskundige Marcel Beerthuizen een slimme zet gedaan. ‘Blatter heeft de werknemers van ISL destijds bij de Fifa in dienst genomen. Het voordeel is dat er nu geen geld meer weglekt en alles bij de bond terechtkomt.’

Een bedrijf als Adidas heeft er nu $350 mln voor over om de officiële sponsor te zijn voor dit WK en het komende in Brazilië. Coca-Cola betaalde een half miljard om zijn naam aan het wereldkampioenschap te mogen verbinden.

Geen wonder dus dat de Fifa haar merknaam, inkomstenstromen en partners streng bewaakt. Ook als dat eens wat negatieve publiciteit betekent omdat twee ‘Bavaria-babes’ vanwege ‘illegale commerciële activiteiten’ in een Zuid-Afrikaanse cel belanden. Want de Fifa mag dan graag het idee promoten dat de sport van iedereen is, van rijk tot arm, feitelijk is dat dezelfde marketingtaal waarvan grote multinationals zich bedienen. Beerthuizen: ‘Natuurlijk doet de Fifa niets anders dan een multinational als Walt Disney om zijn product te beschermen, alleen zorgt Walt Disney er wel voor dat het niet de krant haalt. Het gaat niet meer alleen om het spelletje, het is gewoon een bedrijf dat winst moet maken. Die mensen van Fifa hebben het gevoel dat ze hun partners moeten beschermen.’

Op elk terrein laat de controledrang van Blatter zich voelen. In Zuid-Afrika greep de Fifa hard in toen bleek dat de lokale bevolking rondom de stations stalletjes bouwde om haar spullen te verkopen. ‘Als je groot wilt zijn, moet je je ook groots kunnen gedragen’, vindt Beerthuizen. ‘Maar het gaat ze niet om de sympathie van de mensen. Iedereen blijft aangetrokken door het voetbal en daardoor kunnen ze veel maken.’

De huidige, door Blatter met gevoel voor understatement ’solide’ genoemde financiële positie betekent dat zelfs het ondenkbare, het afgelasten van een wereldkampioenschap, niet het einde hoeft te betekenen van de Fifa. Voor de voorzitter lijkt de onafhankelijkheid van de bond bijna net zo veel een doel op zich, als het promoten van de sport.

Maar de goedgevulde Fifa-kas is ook pure noodzaak. Elke vier jaar staat er veel op het spel, ditmaal $ 9 mrd. Dat is het bedrag waarvoor de Fifa, de teams en tv-zenders het toernooi in Zuid-Afrika hebben verzekerd bij Lloyds. De helft gaat om commercie, de rest om stadions en ander vastgoed. De verzekeringspremies om dergelijke risico’s af te dekken zijn astronomisch.

De inkomsten van de Fifa zijn dat inmiddels ook. Vorig jaar ging de omzet van de bond voor het eerst voorbij de $1 mrd, grotendeels dankzij vooruitgeboekte inkomsten van het WK in Zuid-Afrika. Na de verkoop van de televisierechten is de marketing rondom het wereldkampioenschap met afstand de belangrijkste geldmaker voor de Fifa.

Volgens sporteconoom Koning hebben de inkomsten nog geen plafond bereikt. ‘Zeker in de Verenigde Staten en Azië valt nog veel te halen. Daar zijn de inkomsten nu veel lager dan in Europa. De betekenis van voetbal in de VS neemt toe, in Azië groeit de welvaart.’

Blatter houdt in zijn volgende vierjarenplan echter nog geen rekening met een grote omzetsprong. Tot en met 2013, het jaar voordat het toernooi in Brazilië wordt gespeeld, verwacht de Fifa ’slechts’ een omzet van $ 3,8 mrd en een winst van $ 200 mln. Dat zijn, gezien de prestatie van de afgelopen vier jaar, bijna onrealistisch bescheiden getallen.

Blatter presenteert dan ook graag elke jaar cijfers die ruim boven budget uitkomen. Dat maakt het gemakkelijker om van het ‘overschot’ douceurtjes uit te delen, zoals de $250.000 die elk Fifa-lid kreeg over 2010. Vooral de armere Fifa-landen kunnen dat geld goed gebruiken. En Blatter de extra goodwill als hij zich volgend jaar opnieuw verkiesbaar stelt.

Europese Kampioenschappen Sportmarketing

Net zoals de voetballers en de voetbalfans konden ook de sportmarketeers niet wachten tot Euro 2008 zou beginnen. Het EK is oorlogsgebied en laboratorium ineen. Het is een veldslag om de aandacht en portemonnee van de consument. En omdat er zoveel merken inhaken, kun je haarfijn analyseren wat wel en niet werkt. Als je kijkt met de ogen van een sportmarketeer, wat valt er dan op?

Allereerst dat Euro 2008 qua commerciele opzet en uitvoering steeds meer gaat lijken op UEFA’s Champions League. Ook bij dit EK is er sprake van een beperkt aantal sponsors die duidelijk aanwezig zijn in en rond de uitzendingen van de wedstrijden, alles onder strikte regie van de UEFA zelf. En met succes. De omzet van het toernooi is 1,23 miljard euro, de winst bedraagt 600 miljoen euro. Een enorme stijging tot opzichte van de resultaten van Euro 2004. En het einde is nog lang niet in zicht. De internationale uitstraling en sterke emotionele beleving van voetbal maken EK’s en WK’s Voetbal bij uitstek geschikt voor bedrijven die zich als mondiale merken willen presenteren. En daar komen er alleen maar meer van. De UEFA en de FIFA bevinden zich in een luxepositie.

In ons eigen land is het aantal merken dat gebruik maakt van het thema voetbal de laatste tien jaar enorm toegenomen. Het dedain van bedrijven zich te associeren met de volkssport voetbal is volledig verdwenen. Voetbal is van iedereen en voor iedereen en vormt een emotionele schakel tussen alle inwoners van ons land. Maar door het grote aantal merken dat gebruik maakt van de associatie met oranje, is het onderscheidend vermogen afgenomen. Hoe val je nog op? Er is inmiddels een beproefde formule. Biedt de consument bij aankoop een gratis product, dat inspeelt op de beleving van de oranje-fan. Het gaat meestal om items die zorgen voor extra vermaak en de mogelijkheid geven de betrokkenheid bij Oranje te uiten. Ondersteun dit alles met een humoristische reclamecampagne op tv en internet. Het is de basis achter de successen van Albert Heijn en Heineken, die dit jaar op safe speelden door voort te borduren op hun activiteiten tijdens het WK 2006. Nog steeds met resultaat, want Bavaria en Super de Boer spelen een ondergeschikte rol. Maar de tijd lijkt rijp voor een nieuwe creatieve succesformule.

Ik was erg benieuwd naar de Postbank/ING-commercial met Johan Cruijff, die al enkele weken werd aangekondigd. Cruijff speelde al eerder de hoofdrol in onvergetelijke commercials voor financiele dienstverleners ABN AMRO en MasterCard. Hij behoort tot de buitencategorie Bekende Nederlanders met een geschat honorarium van 1 miljoen euro, waarvan een deel naar zijn foundation gaat. Het resultaat viel tegen. Verder dan wat uitgemolken Cruijff-wijsheden kwam het niet. Wie weet bij de volgende wedstrijden?

De meest opvallende buitenreclame is dit jaar van adidas, die het rad van het wereldberoemde Prater in Wenen heeft gebruikt voor een afbeelding van de Tsjechische keeper Petr Cech met acht armen. Goed voor wereldwijde aandacht. Maar op tv en internet wordt het Duitse merk wederom verslagen door Nike. Dit jaar geen trucjes van de pleintjes, maar echt voetbal. Trainen maakt je beter, dat is het idee achter ‘Next Level’, waarmee Nike zich nog nadrukkelijker als voetbalmerk wil profileren. De opvallende en peperdure film is gemaakt door regisseur Guy Ritchie, ook wel bekend als de man van Madonna.

Ook voor de sportmarketeers is de kop eraf. Er staat ons hopelijk nog veel moois te wachten.

Column verschenen in AD Sportwereld, 11 juni 2008.

Ajax moet ook commercieel toonaangevend willen zijn

Grote voetbalclubs hebben iets in handen waar de meeste marketeers van dromen: niet alleen een merknaam met een grote bekendheid, maar vooral een merk met een sterke emotionele lading. Vraag aan willekeurige mensen waar het merk Ajax, Feyenoord of de Graafschap voor staat en je krijgt een helder en eenduidig antwoord. Probeer dat ook maar eens bij merken als Philips of Becel.

Het sterkste voetbalmerk in Nederland is nog altijd Ajax. De club heeft een uitgesproken profiel, heeft een grote supportersschare in het gehele land en heeft nog steeds de grootste internationale aantrekkingskracht, die vooral gebaseerd is op prestaties uit het verleden.

Eind vorig jaar werd er door de club een onderzoekscommissie in het leven geroepen om te evalueren waarom de sportieve resultaten in de afgelopen 10 jaar zijn tegengevallen. In het rapport van de Commissie Coronel wordt er vooral gesproken over de organisatiestructuur en het voetbaltechnische beleid. Er wordt in het rapport nauwelijks aandacht besteed aan de commerciële ontwikkelingen in de afgelopen 10 jaar.

Als je kijkt naar het commerciële beleid van Ajax in die afgelopen 10 jaar, dan kun je constateren dat Ajax altijd een volger is geweest. Nieuwe ontwikkelingen kwamen uit Eindhoven, Rotterdam en zelfs Heerenveen, nooit uit Amsterdam. Bovendien voelen de sponsors van Ajax zich niet serieus genomen door de directie en is er te weinig medewerking bij het ontwikkelen van commerciële activiteiten, zo valt in het rapport van Coronel te lezen. Voetbal moet uiteraard de hoofdzaak zijn, maar sportmarketing was minder dan een bijzaak bij Ajax.

Bij iedere voetbalclub is er een continue behoefte aan geld. Nu het voor Nederlandse clubs steeds moeilijker wordt ver te komen in de Europese bekercompetities, waar veel geld te verdienen is, zijn er maar twee manieren om extra inkomen te vergaren. Het eerste is de verkoop van zelf opgeleide talenten aan buitenlandse clubs. Het tweede is inkomen uit sportmarketing: sponsoring, media, merchandising. Een goed beleid op dit terrein is dus cruciaal om sportief het maximale te kunnen bereiken. Het binnenhalen van de nieuwe shirtsponsor Aegon voor een voor Europese begrippen groot bedrag, het behouden van ABN AMRO als co-sponsor en het verlengen van het contract met adidas zijn eerste goede stappen van Ajax. Die zijn overigens niet alleen op het conto van voormalig algemeen directeur Maarten Fontein te schrijven. De belangrijke eerste contacten met Aegon werden gelegd door vertegenwoordigers van het Bestuur, de verlenging van het contract met adidas is vooral een continuering van het beleid van het Duitse sportmerk.

In de optiek van de Commissie Coronel zijn er twee organisatiemodellen voor Ajax. Nu er, gewild of ongewild, is gekozen voor het ‘Wenger-model’ met een dominante trainer die het volledige beleid bepaald van de betaald voetbal-afdeling, moet de nieuw aan te stellen algemeen directeur volgens Coronel c.s. een boegbeeld zijn met een ‘voetbalachtergrond’. Als je de uitspraken in de media er op na slaat, betekent dit dat er een oud-speler aan het roer zou moeten staan. Dat is volgens mij totaal irrelevant. Nu begrijp ik wel dat degene op die positie iets van voetbal moet begrijpen en moet weten hoe het zweet in een sportkleedkamer ruikt. Maar met de aanwezigheid van boegbeelden Van Basten en Blind is Ajax veel meer gebaat bij een zakelijk leider met een sterke strategische sportmarketing-achtergrond, die in staat is om Ajax commercieel tot de top van Europa te laten behoren. Want zo als Ajax altijd toonaangevend voetbal wil spelen, zou ze ook toonaangevend op het gebied van sportmarketing moeten zijn.

Column verschenen in AD Sportwereld, 14 mei 2008.