Over voorbeeldgedrag

Op 16 april presenteerden de KNVB, Eredivisie CV en Coöperatie Eerste Divisie de resultaten van een onafhankelijk PwC-onderzoek over de maatschappelijke impact van het betaald voetbal. De directeuren van de drie organisaties waren in jubelstemming, want de resultaten waren zonder meer indrukwekkend. Ruim 8,2 miljoen Nederlanders zijn liefhebber van betaald voetbal, gemiddeld besteed men 11 uur per week aandacht aan dit onderwerp, dat volgens de ondervraagden bijdraagt aan het hebben van een sociaal netwerk. Naast de maatschappelijke impact is er ook een economische impact van € 2 miljard per jaar. Met recht kan worden gesteld dat voetbal de belangrijkste bijzaak is in het leven van veel mensen. In de livestream van de presentatie van het rapport was er veel aandacht voor de vele maatschappelijke projecten die BVO’s uitvoeren. De directeuren vonden het jammer dat het kabinet zo weinig oog heeft voor de rol van voetbal in een wereld waar sport en bewegen juist veel belangrijker zijn geworden. Volgens scheidend directeur Gudde komt dat onder meer ‘omdat de bewindslieden nog nooit een trainingspak hebben gedragen’.

Voetbal heeft een enorme invloed, maar ook een voorbeeldfunctie. Noblesse oblige. Betaald voetbal is een grote inspiratiebron voor groot en klein en gedrag op het hoogste niveau wordt tot bij de allerkleinsten geïmiteerd, op en naast het veld. Alle aandacht voor voetbal brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee en vooral het besef wat je invloed is en kan zijn.

Helaas gedraagt de voetbalwereld zich daar niet altijd naar. Een oproep van de Engelse Premier League om haat en racisme op social media aan de kaak te stellen door middel van een lang weekend-boycot werd door tal van sportorganisaties overgenomen, zoals UEFA, FIFA, FIFPro en ook enkele coureurs uit de Formule 1. De KNVB deed niet mee. Eerst was de boodschap van de KNVB ‘dat dergelijke misstanden hier niet voorkomen’. Met het schaamrood op de kaken werd het toen ‘maar we praten binnenkort met Facebook dus gaan we nu niet boycotten’ en daar kwam ook nog het halfslachtige excuus bij dat Ajax dat weekend wel eens kampioen zou kunnen worden. Daar waar de KNVB in het WK 2022 Qatar-dossier op voortvarende wijze het voortouw neemt, laat men hier een kans liggen om misstanden aan de kaak te stellen. Uiteraard is niemand verplicht mee te doen, maar zorg dan in ieder geval voor een helder en consistent verhaal.

Ook Feyenoord-trainer Dick Advocaat liet zich niet van zijn grootste kant zien. Hij kon het niet over zijn hart verkrijgen om in de aanloop naar de Klassieker in de Kuip een erehaag voor de kersverse kampioen te maken ‘omdat het geen gewoonte is’ terwijl allerlei clubs dat in het verleden wel deden. Een erehaag is niet protocollair vastgelegd, maar een gentleman heeft geen protocol nodig om een sportief gebaar te maken, een gebaar dat de uitdrukking is van hoe rivaliserende clubs met elkaar omgaan (zoals er op bestuursniveau een goed en respectvol contact is).  Erehaag maken en daarna over tot de orde van de dag, door met volle energie en strijd een vaak minder gemotiveerde kampioen te verslaan. Het liep heel anders in Rotterdam.

Kan het anders? Er zijn veel voorbeelden uit de sportwereld die een inspiratiebron zijn voor de samenleving. Dat staat misschien wel het beste beschreven in het boek ‘Legacy’ dat schrijver James Kerr schreef over de cultuur van de All Blacks, het schier onverslaanbare rugbyteam van Nieuw-Zeeland. Vijftien lessen in een boek dat als ondertitel heeft: ‘What the All Black can teach us about the business of life.” Een aanrader hoe je een winnende cultuur kunt bouwen en onderhouden.

Er zijn meer goede voorbeelden uit het rugby. Zoals de regel dat alleen de aanvoerder met de scheidsrechter praat. Dat zou men gelijk in het voetbal kunnen invoeren, om te beginnen bij Paris Saint-Germain.

In Portugal is er een ander fenomeen, oorspronkelijk bedacht om spelverruwing in het jeugdvoetbal tegen te gaan dat nu langzaam aan het opschuiven is naar de hoogste prof divisies. Het gaat om de Witte Kaart, die de scheidsrechter kan uitdelen vanwege een sportief gebaar of een sportieve actie. Even wennen dat de kaart niet geel of rood is, maar het zorgt voor positieve aandacht en zet spelers, trainers en toeschouwers aan het denken.

Een ander aansprekend voorbeeld is Manchester United-speler Juan Mata die zijn eigen goede doel Common Goal is begonnen. Mata doneert 1% van zij salaris in een fonds dat allerlei projecten ondersteunt om sociaal-maatschappelijke misstanden aan te pakken. Inmiddels hebben spelers als Serge Gnabry, Timo Werner, Pernille Harder, Paulo Dybala en Liverpool-coach Jürgen Klopp zich bij het fonds aangesloten en doneren ook zij tenminste 1% van hun salaris.

Het aanpassen van spelregels in een conservatieve sport als voetbal zou veel tijd kosten vanwege de bestaande governance. Maar je hebt geen spelregels of reglementen nodig om je voorbeeldig te gedragen; je kunt als club bepalen zelf dat je je aan bepaald gedrag zult houden. Sporters zijn geen koorknapen en in het heetst van de strijd kan er van alles gebeuren; het gaat er veel meer om dat je zelf initiatief neemt en het heft in handen neemt als zaken beter kunnen.

Dat slecht gedrag ook tot commercieel verlies kan lijden, is duidelijk naar voren gekomen in Manchester waar United een sponsorship van meer dan € 230 miljoen zag afketsen vanwege de oproer onder supporters als gevolg van het voornemen van de club tot de Super League toe te treden. Supporters dreigen sponsors van de club te boycotten. Het was de reden voor het bedrijf The Hut Group om de aanstaande sponsordeal voor hun merk Myprotein af te blazen.

Voor de belangrijkste bijzaak in het leven is het hoofdzaak dat men zich bewust is van de machtige positie die men heeft. Misstanden wordt steeds minder gepruimd onder supporters en sponsors, reden voor allerlei clubs om een eigen tegengeluid te organiseren. Voetbal als voorbeeld, zelfs in Den Haag kunnen ze daar iets van leren.

De podcast van de uitzending van BNR Zakendoen #sporteconomie met Thomas van Zijl en Marcel Beerthuizen kun je hier terugluisteren.

Over sponsoring en verdeeldheid

Commotie onder Spaanse boeren. De aankondiging van een partnership van voetbalclub Real Madrid met Meatless Farm, een Britse producent van plantaardig voedsel (met het hoofdkantoor in Amsterdam en Nederlander Erwin Meijer aan het roer) viel niet in goede aarde bij de agrariërs, zo berichtte Het Financieele Dagblad.

Club en sponsor willen mensen bewust maken van het belang om minder vlees te eten omdat dit beter is voor de gezondheid en voor het milieu. Ook de spelers van Real letten nauwgezet op hun voeding en zullen laten zien wat de impact van minder vlees eten is op hun prestaties. Uit het persbericht: ‘Real Madrid wil met de samenwerking echte veranderingen tot stand brengen die bijdragen aan een duurzamere wereld en die persoonlijke gezondheid en prestaties verbeteren’.

Het zorgde voor boosheid bij boerenorganisatie COAG. Zij stellen dat wetenschappelijke onderbouwing ontbreekt en dat de club boeren schoffeert die zich jarenlang achter de club hebben geschaard. Volgens COAG is 60% van de boeren voetbalfan, waarvan 33% voor Real Madrid. Men voelt zich in de steek gelaten in deze moeilijke tijden waarin restaurants zijn gesloten, restaurants waar normaal gesproken ‘spelers dikke biefstukken zitten te eten’. Real Madrid beschimpt een sector, sluit zich aan bij de ‘eco-vriendelijke’ mode en vergeet het brede sociale netwerk dat de club onvoorwaardelijk steunt, aldus de koepelorganisatie.

De boeren zijn boos, over verdere stappen laat men niets los. De Tour de France heeft regelmatig te maken gehad met blokkades van boze Franse boeren, maar dat was meestal gericht tegen de Franse overheid.

Een sponsor die voor verdeeldheid zorgt: zou je dat een trend kunnen noemen? Het is zeker niet nieuw. Denk aan McDonald’s die werd aangevallen als sponsor van de Olympische Spelen en EasyToys dat zorgde voor verdeeldheid in de Nederlandse voetbalwereld. Ook ten aanzien van aanstaande WK Voetbal in Qatar wordt er steeds meer gewezen naar sponsors. Ze zouden ingezet kunnen worden als drukmiddel om een einde te maken aan de schending van de mensenrechten in dat land.

Sponsoring zet een merk vol in de spotlights. Als dat sponsorship is gekoppeld aan een sport met een enorme aantrekkingskracht, is dat een goedkope manier voor mensen om aandacht te krijgen en standpunten te verduidelijken.

Hoe moet je hiermee omgaan als sponsor of gesponsorde organisatie? Sponsoring is een belangrijk onderdeel van het businessmodel van sport, dus stoppen met partnerships is geen optie. Bovendien: wat je ook doet, er is altijd wel iemand die bezwaar maakt.

Geen bedrijf of organisatie zit te wachten om onderwerp te worden van een hoogoplopende discussie, maar het wordt steeds moeilijker daaraan te ontkomen. Het is dus veel beter om tot uitdrukking te brengen waar je voor staat. Mensen verwachten ook van bedrijven en organisaties dat ze dat doen. Wat je standpunt ook is, het zal niet door iedereen in dank worden afgenomen. Het kan je zelfs klanten kosten, maar als het goed is, zorgt het ook voor een sterkere binding met de mensen die zich kunnen vinden in jouw standpunt.

Commotie hoeft overigens niet negatief te zijn. EasyToys weet daar alles van. In een onderzoek onder voetballiefhebbers naar de spontane en geholpen naamsbekendheid van sponsors van Eredivisie-clubs staat het merk op de derde plaats, na Ziggo (Ajax) en AFAS (AZ). Uit datzelfde onderzoek wordt duidelijk dat ook onder niet-voetballiefhebbers het merk op het podium staat staat. Het laat daarmee grote sponsors als Droomparken (Feyenoord) en Brainport Eindhoven (PSV) achter zich.

Sponsors die voor verdeeldheid zorgen: de toekomst zal duidelijk maken dat dit geen incident is. Zeker als bepaalde branches zijn betrokken (alcohol, voedsel, kansspelen, vliegtuigmaatschappijen, energie), zullen partijen (van eenlingen tot goed georganiseerde organisaties) dankbaar gebruik van de discussie en publiciteit die het inhak(k)en op een populair tijdverdrijf (sport, kunst, cultuur) en zijn financiers oplevert.

In BNR Zakendoen #sporteconomie ging het op 24 maart over de verdeeldheid die sommige sponsors oproepen. De podcast van de uitzending met Thomas van Zijl en Marcel Beerthuizen vind je via deze link.

Over boycots en sponsors

Vorige week bracht een artikel in the Guardian andermaal de misstanden in Qatar aan de orde. Meer dan 6.500 mensen zijn overleden bij de aanleg van de infrastructuur en stadions voor het WK Voetbal 2022.

In 2010 werd het WK toegewezen aan Qatar, onder meer dan twijfelachtige omstandigheden. Het leidde tot de val van FIFA-voorzitter Sep Blatter. In 2015 verscheen er al een artikel in de Washington Post over de situatie van de gastarbeiders in Qatar, onbekend was het dus niet. Waarom werd dit dan opeens groot nieuws? Door het grotere aantal doden? Omdat de verkiezingen eraan komen? Omdat er een rekening te vereffenen viel met de spelers van Oranje? Omdat mensen weer even onder de aandacht wilden komen?

Waarom ging het vooral over het WK in Qatar dat in november van 2022 plaatsvindt en waarvoor het Nederlands elftal zich nog moet plaatsen? Negen maanden eerder vinden in Beijing de Olympische Winter Spelen plaats, in het land waar volgens een motie in de Tweede Kamer genocide wordt gepleegd op de Oeigoerse minderheid. Aan die Spelen zullen zeker Nederlandse atleten deelnemen.

Uit verschillende hoeken kwam er een oproep tot een boycot van Qatar. D’66 lijsttrekker Sigrid Kaag ging mee in het betoog van Gert-Jan Seegers van de ChristenUnie die aandrong op een boycot. Vanuit haar functie als Minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking schrapte Kaag enkele dagen later Qatar uit de (virtuele) handelsmissie naar de Golf-regio. In Qatar hebben Shell en BAM grote belangen. Ook journalisten en cabaretiers gebruiken het nieuws om hun punt te maken en tot een boycot op te roepen. Niet alleen van het toernooi, maar ook van sponsors.

Toch is er geen oproep tot een boycot van de Winterspelen. Niet door de politiek, ook niet door het journaille. Omdat voetbal meer aandacht trekt? Omdat de Nederlandse belangen in China veel groter zijn? De Chinese president Xi Jinping heeft al laten weten dat landen die de Spelen boycotten op represailles kunnen rekenen.

Of het nu om Qatar of China gaat: een boycot verandert niets. Het wordt afgeraden door toonaangevende partijen zoals Amnesty International en Human Rights Watch, twee NGO’s die deze landen nauwkeurig monitoren. Naast deze twee hulporganisaties geven ook vooraanstaande wetenschappers aan dat je veel beter de dialoog kunt zoeken. Die aanpak heeft ook al tot verbeteringen geleid. De werkomstandigheden van de gastarbeiders zijn vooruitgegaan. Bij het recent gehouden World Cup Beachvolleybal paste de lokale organisatie kledingregels aan.

Heeft het zin om sponsors te boycotten? Bedrijven die sponsor zijn van de FIFA, het toernooi of van deelnemende landen willen zich normaliter niet mengen in discussies. Achter de schermen wordt er wel degelijk invloed uitgeoefend en als de schandalen hoog oplopen. zoeken ook sponsors de publiciteit. Steeds vaker spreken bedrijven zich nadrukkelijk uit over sociale issues en durven zich daarbij ook kwetsbaar op te stellen. Ik verwacht dan ook dat sponsors zich zullen laten horen, in milde bewoordingen, sommige meer uitgesproken.

Het Nederlands Elftal moet zich nog kwalificeren voor het WK, maar de KNVB wacht niet af. Zij hebben een duidelijke aanpak ontwikkeld. Met het WorldCoaches-programma stimuleert men het vrouwenvoetbal in Qatar. Via de ambassade gaat met het gesprek aan met de lokale voetbalautoriteiten. Je kunt lacherig doen over een regenboog-aanvoerdersband, maar als die om de arm van een mondiale voetbalgrootheid als Virgil van Dijk zit, krijgt dat aandacht en heeft dat impact. Samen met haar sponsors denkt de KNVB na over andere acties.

De KNVB heeft ook invloed uitgeoefend om veranderingen in de toewijzingsprocedure van grote voetbaltoernooien aan te brengen. Voor de toekomst van alle grote (sport)evenementen zou het goed zijn dat aankomende organisatoren bindend vastleggen dat mensenrechten worden gerespecteerd en evenementen op een duurzame wijze worden georganiseerd.

Op 3 maart 2021 ging BNR Zakendoen #sporteconomie over boycots en sponsors. De podcast van de uitzending kun je hier terugluisteren. Je kunt alle inmiddels meer dan 100 uitzendingen van ‘Over sport en economie’ vinden in je favoriete podcast app.

Over oud geld en nieuw geld

In de sportwereld worden de gevestigde orde en nieuwkomers vaak met elkaar vergeleken aan de hand van geïnvesteerd kapitaal. Oud geld en nouveau riche, in het woordgebruik zit vaak de mening al opgesloten. Het gebeurde ook bij de afgelopen UEFA’s Champions League Finale tussen Bayern München en Paris St-Germain.

De kale cijfers van FCB en PSG: kosten van de selectie € 100 miljoen vs. € 620 miljoen (Neymar Jr. en Mbappé kostten samen € 402 miljoen), omzet € 829 miljoen vs. € 636 miljoen, winst € 161 miljoen vs. niet gepubliceerd. PSG heeft sinds 2011 € 1,3 miljard geïnvesteerd in de selectie, geld gefourneerd door Qatar Sports Investments, het investeringsvehikel van de oliestaat Qatar.

Old Football vs. Modern Football lijkt het wel. Maar is die vergelijking wel zo eerlijk? Bayern ‘rooft’ al jarenlang de talenten uit de Bundesliga, bijvoorkeur tegen minimale kosten. Zoals spits Lewandowski die transfervrij van Borussia Dortmund overkwam. De club bood eerder dit jaar 70 miljoen voor Coutinho, die aanvaller die uiteindelijk werd gehuurd van FC Barcelona.

Clubs als Bayern en Manchester United wijzen graag op de volgens hen ‘oneerlijke’ ondersteuning van voetbalclubs door landen als Qatar (PSG) en Abu Dhabi (Manchester City). Ook Barcelona klaagt lustig mee, de club die een schuld van meer dan 200 miljoen heeft.

Sportkoepels proberen een level playing field te creëren, bijvoorbeeld door Financial Fair Play-regels, transfersystemen zoals het draft systeem in sommige Amerikaanse sporten, salary caps en technologische spelregels zoals in de Formule 1. De realiteit is dat er altijd creatieve oplossingen worden verzonnen om aan deze regels te ontkomen.

Topsport is oneerlijk en ook in het bedrijfsleven bestaat geen level playing field; voetbal is de explosieve mix van deze twee werelden. Sport is een financieel monster dat niet te bedwingen is.

Over geld gesproken: de uitzending van BNR Zakendoen #sporteconomie van 26 augustus 2020 begon over het mogelijke vertrek van Lionel Messi bij FC Barcelona en de impact daarvan op het merk en de portemonnee van de speler, Barcelona en de club die hem overneemt.

De uitzending met Thomas van Zijl en Zakenpartner Jacqueline Smit kun je terugluisteren via deze link.

WK Voetbal Qatar 2022 in de winter?

Op 3 oktober besteedde Nieuwsuur aandacht aan de mogelijke beslissing van de FIFA om het WK Voetbal dat in 2022 in Qatar wordt gehouden naar de winter te verplaatsen. Aan het woord komen Ronald de Boer, Theo van Seggelen en Marcel Beerthuizen.

“We kruipen bij elkaar. Of dat nu bij de BBQ is of bij de open haard, dat maakt eigenlijk niet zo veel uit. Samen binnen naar een voetbalwedstrijd kijken, kan minstens zo gezellig zijn.”

De uitzending vind je hier. Ga voor het item naar minuut 48’39” (tot en met 53’35”).